Louis Lebeer
![]() |
Historian from Mechelen |
Louis Lebeer, geboren te Mechelen op 2 oktober 1895 en overleden te Etterbeek op 6 januari 1986, was een historicus.
Biografie
Na middelbare studies aan het Mechelse Sint-Romboutscollege en hogere studies aan de Leuvense universiteit werd Louis Lebeer Doctor in de Letteren en Wijsbegeerte (1922) en bibliothecaris-bibliograaf (1923-1924).
In de volgende jaren werd hij bibliothecaris aan de Koninklijke Bibliotheek van België in Brussel (1924) en bibliothecaris (1925) en adjunct-conservator (1930) bij het Prentenkabinet, waar hij René van Bastelaer opvolgde.[1]
In 1937 werd Louis Lebeer benoemd tot docent aan de Gentse rijksuniversiteit, waar hij de geschiedenis van het gedrukte boek en de graveerkunst onderwees.[2] In 1948 zal hij deze rol vervullen aan de Luikse rijksuniversiteit met de cursus over de geschiedenis van de graveerkunst.
Louis Lebeer was lid van een heleboel instellingen :
- Koninklijke Vlaamse Academie voor Wetenschappen, Letteren en Schone Kunsten van België (corresponderend en werkend lid)
- Klasse der Schone Kunsten (bestuurder)
- Koninklijke Academie voor Oudheidkunde en van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde in Leiden (lid)
Naast tentoonstellingen van zijn hand, in binnen- en buitenland, en vernissages, waaraan hij medewerking verleende, gaf Louis Lebeer ook lezingen.
In 1960 werd Louis Lebeer ere-conservator van het Prentenkabinet van de Koninklijke Bibliotheek in België.
Bibliografie
- De Vlaamse houtsnede – 1927
- Etskunst – 1929
- De etsen van Jakob Smits – 1936
- Edgard Tytgat - 1937
- Spirituale Pomerium - 1938
- L' esprit de la gravure au XVe siècle - 1943
- De geest van de graveerkunst in de XVe eeuw – 1946
- Les trois croix de Rembrandt – 1946
- Een dichter met de droge naald: beschouwingen over Frans Dille – 1948
- Van document tot kunst – 1949
- Rodolphe Schönberg – Biografie en critische catalogus van zijn grafisch werk – 1949
- Frans Masereel – 1951
- Walter Vaes – 1951
- Vlaamse Kunst – 1952
- Du document au rêve – Entretien sur les aspect et les domains de l’art de la gravure – 1952
- Les accroissements de Rome – Suite de dessins inédits de Richard Van Orley – 1952
- James Ensor, etser - 1953
- Lismonde – 1957
- Hedendaagse graveerkunst in België – 1958
- L’ oevre gravé de Jozef Cantré – 1959
- L’ estampe en Belgique de Bruegel à Ensor – 1959
- L' oeuvre gravé de Betty Schmetz - 1967
- Beredeneerde catalogus van de prenten naar Pieter Bruegel de Oude – 1969
- Orientations de la gravure contemporaine en Belgique – 1971
- Le dessin de Rik Slabbinck - 1974
Tevens schreef Louis Lebeer bijdragen in tijdschriften en verzamelwerken en verzorgde hij catalogussen met inleidende studies en biografische en kritische notities.[3]
Boeken
In het boek “De gulden passer” (volume 50-52) van de Vereeniging der Antwerpsche Bibliophielen uit 1972 werd er een biografische schets van (pag. 3), een hulde aan (pag. 9) en enkele beschouwingen bij de loopbaan van Louis Lebeer gegeven (pag. 15).[4]
Externe links
- Flickr – Louis Lebeer
- Louis Lebeer – De Vlaamsche houtsnede
- DBNL
- Erfgoedcel Mechelen – De Mechelse drukgeschiedenis ontmaskerd